T R O T S • ©️.. 👊🏻.. . Soms mag je bescheidenheid best even parkeren. Gewoon trots zijn
Ze zijn hier nogal trots op hun moestuin. De Standaard, 1996. Nu hebben we sinds 28 oktober een prachtig nieuw orgel, helemaal eigenhandig gemaakt, niks machinaals. Ik ben er ontzettend trots op. NRC, 1994. Zweden is terecht trots op zijn beleid van gelijke kansen.
En zo is het! 💪🏻 . Het is de kunst om trots op jezelf te zijn vanwege de stappen die je zet om
Voelen en gevoelens Persoonlijk ontwikkeltraject Wil je aan de slag met jouw leerdoelen? Volg een persoonlijk ontwikkeltraject. Meer informatie? Bel ons! Persoonlijk ontwikkeltraject Is er wat mis mee? Is trots verkeerd? Deze vraag stelde me pas iemand. Nu ben ik niet de rechter die oordeelt over goed en kwaad. Dat laat ik graag aan jezelf over.
Wij zijn trots op jou Geslaagd kaarten Kaartje2go
niettegenstaande, ondanks, ongeacht als synoniem van een ander trefwoord: verwaand (bn) : aanmatigend, arrogant, dikdoend, gewichtig, hautain, hooghartig, hoogmoedig, ijdel, ingebeeld, laatdunkend, minachtend, opgeblazen, opschepperig, pedant, pretentieus, snobistisch, trots, verwaten, zelfgenoegzaam, zelfingenomen indrukwekkend (bn) :
Je mag trots zijn op jezelf Spreukenkaarten Kaartje2go
Vertaling van "trots zijn op" in Engels. be proud of take pride in. boast about. be very proud of. pride themselves on. Meer. Vroeger kon je trots zijn op deze stad. Let's just say this used to be a town you could be proud of. Mama zou trots zijn op je pasta.
Kaarten geslaagd g chocolade kaarten geslaagd Hallmark
Zinnen in Nederlands T trots zijn op Hoe gebruik je het woord "trots zijn op" in een zin? Voorbeelden Vertaler Uitdrukkingen open_in_new Deze zinnen komen van externe bronnen en zijn misschien niet nauwkeurig. Bab.la is niet verantwoordelijk voor deze inhoud. Dutch We mogen trots zijn op dit resultaat. volume_up more_vert
Trots wilt zijn op jezelf Just Be You
Translations in context of "trots zijn op" in Dutch-English from Reverso Context: trots op zijn dat
Trots op jou positive vriendschapskaart Kaartje2go
zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ trɔts] 1) gevoel waardoor je wil laten zien dat je iets goed hebt gedaan of iets moois hebt Voorbeelden: `glimmen van trots`, `vaderlijke trots` 2) gevoel dat je meer waard bent dan anderen II trots bijv.naamw. Uitspraak: [ trɔts] 1) erg blij met wat je hebt of hebt bereikt 2) waaruit trots (2) blijkt
Magneet Je mag trots zijn op jezelf
Uitspraak: [ trɔts ] 1) gevoel waardoor je wil laten zien dat je iets goed hebt gedaan of iets moois hebt Voorbeelden: 'glimmen van trots' , 'vaderlijke trots' 2) gevoel dat je meer waard bent dan anderen Voorbeeld: 'gekrenkte/gekwetste trots' Synoniem: hoogmoed II trots bijv.naamw. Uit. Gevonden op https://www.woorden.org/woord/trots Trots